Al in de middeleeuwen werden vanuit Groningen veengebieden die aan de Hunze lagen ontgonnen. Turf diende als brandstof en op de afgegraven gronden werden boerderijen gebouwd. Aanvankelijk waren die boerderijen klein, maar naarmate de mogelijkheden om landbouw te bedrijven verbeterden, werden ook de boerderijen groter.
Annerveen is een nederzetting aan de Hunze die zo ontstaan is. Het is een lintdorp, dat in de achttiende eeuw door het dorp Spijkerboor in tweeën gedeeld is. De namen Nieuw-Annerveen en Oud-Annerveen zijn daardoor ontstaan, hoewel het eigenlijk één dorp is.
De boerderij aan de Hunzeweg 30 is een mooi voorbeeld van de landbouwkundige ontwikkelingen die vanaf de zeventiende eeuw tot in de twintigste hebben plaatsgevonden.
Aanvankelijk stond er op de plaats waar nu de huidige boerderij staat, een klein huis van vier gebinten, zoals dat is aangegeven in de haardstedenregisters van 1642. Dat moet dus een klein boerenhuis geweest zijn. Bij het onderzoek in de huidige boerderij hebben wij dendrochronologische dateringen van de gebinten laten maken. Het is een Oldambster type, dus er is een grote, hoge deel, waar de oogst op de grond werd opgeslagen, in het middelste deel. De deel bestond oorspronkelijk uit vijf beuken, waarvan de middelste door dekbalkgebinten gevormd wordt. Die gebinten zijn van eikenhout. Ze zijn op ca. 1810 gedateerd, wat overeenkomt met het jaartal op de voorgevel van de boerderij, 1812. Aan de noordzijde is een deel van een ankerbalkgebintconstructie geplaatst. Deze ankerbalkgebinten hebben telmerken van 1 tot en met 11. Het hout ervan is gedateerd op ca. 1720.
Uit de haardstedenregisters blijkt dat in die periode op de plek van de boerderij een boerderij van elf gebinten is gebouwd. Onze conclusie is dat de huidige ankerbalkgebintconstructie afkomstig is van de boerderij uit 1720. Hoogstwaarschijnlijk is deze constructie helemaal niet verplaatst, maar is de nieuwe boerderij uit 1812 op dezelfde plaats gebouwd met gebruikmaking van een deel van de constructie die er al stond. Uit mondelinge overlevering is bekend dat aan de zuidzijde ook een gedeelte van de ankerbalkgebinten heeft gestaan. Om een grotere ruimte te scheppen is dat rond 1920 verwijderd.
De opeenvolgende boerderijen geven de ontwikkelingen in de landbouw dus goed aan. Naarmate er steeds meer behoefte aan opslagruimte voor de oogst was, werden grotere boerderijen gebouwd. De inrichting van de deel laat zien welke ontwikkelingen er in de negentiende en twintigste eeuw waren.
Uit het onderzoek van de boerderij kwam natuurlijk nog veel meer naar voren. Er valt bijvoorbeeld heel wat te concluderen over de wooneisen en de smaak van de inrichting in de loop van de afgelopen twee eeuwen, maar dat staat allemaal in ons rapport.